Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Oordeelsvormende raadsvergadering

woensdag 16 juni 2021

19:00 - 22:30
Locatie

digitaal via Webex

Voorzitter
Harro Schroeder, Gerrit Schuurs en Donald Fijnje
Toelichting

O.a. Jaarrekening en VoRap
Let op: de vergadering is opgesplitst in drie sessies!


De bijeenkomst is live te volgen via:
https://venlo.raadsinformatie.nl/live

Agenda documenten

Agendapunten

  1. 1
    19.00 - 19.15 uur Sprekersplein
  2. 1.a

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: Wethouder Sjors Peeters


    Boodschap aan de raad: de Werkgroep Blok van Gendt wil haar zorgen met de raad delen over de kwaliteit van de leefomgeving in deze wijk (met name door de parkeerdruk) en de raad vragen met deze zorgen rekening te houden in het gemeentelijke beleid.

  3. 1.b

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: Wethouder Sjors Peeters


    Boodschap aan de raad: de stichting wil haar visie aan de raad meegeven inzake erfgoedbeleid

  4. 2

  5. 3
    19.30 - 22.30 uur DOMEIN 1: Welvarend Venlo, Centrumstad Venlo, Grenzeloos Venlo, Circulaire & duurzame hoofdstad plus bestuur en financiën (‘Stad met Perspectief’)
  6. 3.a

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    Wat ligt voor?
    In mei heeft de raad het voorlopig resultaat jaarrekening resultaat ontvangen (RIB 2021-50). Bij de stukken is nu het accountantsverslag, de controleverklaring 2020, de definitieve afrekening van de zorgaanbieders en een samenvatting van het grondbedrijf toegevoegd. Het positieve eindresultaat is onveranderd gebleven: dat is nog steeds €14,0 miljoen. De raad wordt nu voorgesteld om de jaarstukken 2020 vast te stellen en om akkoord te gaan met de bestemming van het positieve jaarresultaat.


    Financiën
    De jaarrekening 2020 sluit met een positief resultaat van € 14,0 miljoen ten opzichte van een begroot resultaat van € 1,5 miljoen. Dit is bovenop het begrotingsoverschot van
    € 5,5 miljoen dat door een begrotingswijziging is toegevoegd aan het (weerstands)vermogen. In de jaarstukken 2020 is onder ‘baten en lasten in de jaarrekening per programma’ een toelichting opgenomen van verschillen groter dan € 0,1 miljoen. Zie daarvoor ook bijlage I de samenvatting per programma en bijlage III de overzicht van kredieten.


    In totaal wordt € 1,5 overgeheveld naar 2021. Daarbij gaat het om niet (geheel) gerealiseerde opdrachten uit 2020 en rijksmiddelen die we in 2020 moeten verantwoorden maar die pas in 2021 worden uitgevoerd.
    Wat ligt voor?
    De raad beslist over de bestemming van het positieve resultaat. Het budgetrecht behoort immers tot het primaat van de gemeenteraad.
    Voorgesteld wordt het positieve resultaat van € 14 miljoen als volgt in te zetten:
    • Budgetoverhevelingen € 1,5 miljoen.
    • Regiodeal / investeringsagenda € 4,0 miljoen.
    • Agiostorting BV Campus Greenport € 0,9 miljoen.
    • Doorontwikkeling Raadsgriffie € 0,2 miljoen.
    • Mitigeren afval, riool / woonlasten € 2,0 miljoen.
    Totaal € 8,6 miljoen.
    Daarmee resteert een bedrag van € 5,4 miljoen. Als de raad instemt met het voorstel wordt dit bedrag toegevoegd aan de algemene reserve.

  7. 3.b

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    1Wat ligt voor?
    De raad wordt gevraagd de Voorjaarsrapportage 2021 vast te stellen. In de VoRap wordt gerapporteerd over de financiële afwijkingen per 31 maart (peildatum). Uitgegaan wordt van behoedzame scenario’s, wat maakt dat de uitgangspositie van de gemeente Venlo de afgelopen twee jaar sterk is verbeterd. Het financieel resultaat sluit in het eerste kwartaal van 2021 af met een verwacht positief resultaat van € 410.107. Voor een overzicht van de restantkredieten zie pagina 54 en 55.


    Impactanalyse Corona
    In de stukken vindt u een actuele Corona impactanalyse. Corona heeft Venlo in totaal
    € 11.906.000 gekost. Denk daarbij bijvoorbeeld aan de toegenomen kosten Maatschappelijke Opvang € 1.145.000 , derving aan huurinkomsten van Binnen- en buitensport accommodaties van € 1.000.000 maar ook de stijging van de afvalkosten (naar schatting € 850.000 negatief), de lagere inkomsten uit straatparkeren (€ 770.000 nadelig) en parkeerterreinen (€ 51.000 nadelig) en toeristenbelasting (€ 362.000).


    Door het rijk is inmiddels € 8.204.000 aan compensatie uitgekeerd. Op dit moment vinden nog de gesprekken plaats tussen het rijk en de VNG over aanvullende compensatie naar aanleiding van de derde golf. Verwacht wordt echter dat de nog te ontvangen compensatie van het rijk en onze risicoreservering gezamenlijk toereikend zullen zijn. De raad heeft hiervoor bij de resultaatbestemming 2019 middelen gereserveerd (RIB 2021-65). Daarnaast heeft de raad additioneel €772.000 beschikbaar gesteld voor de ‘zachte landing’ met betrekking tot de subsidies en de gevolgen van de coronacrisis. Bij de vaststelling van de begroting 2021-2024 heeft u additioneel €173.000 toegevoegd. Inmiddels is er voor €705.000 aan onttrekkingen voorzien of inmiddels ten laste gebracht van deze reserveringen. Ook wordt rekening gehouden met de effecten en de kosten van uitgestelde zorg, rondom bijvoorbeeld dementie en de jongerenproblematiek (voor een overzicht zie pagina 11). Goed om te weten is dat het aantal verstrekte uitkeringen fors minder is dan vorig jaar nog werd verwacht. Ondanks Corona zien we een positief saldo op de Buig en WSW, dat is € 2.790.000 lager dan begroot.


    Onderwijs, gezondheid en Jeugdzorg
    Door het rijk zijn aanvullende middelen beschikbaar gesteld voor het onderwijs en de jeugdzorg. Gemeenten ontvangen over de periode 2021-2023 € 346 miljoen voor het Nationaal Plan Onderwijs. Dat programma is gericht op het herstel én ontwikkeling van het onderwijs na de coronacrisis. De schoolbesturen ontvangen het overgrote deel van het geld (totaliteit € 8,5 miljard voor Nationaal Programma Onderwijs). Verder verwachten we in het voorjaar extra, incidentele budgetten vanuit het landelijke corona steunpakket ‘Sociaal en mentaal welzijn en leefstijl’, die we onder meer via sport- en gezondheidsbeleid kunnen gaan inzetten. Deze investeringen zijn nodig, omdat we uit veel recente cijfers en rapportages zien dat de coronacrisis een negatieve impact heeft op leefstijl en gezondheid van inwoners. In het bijzonder groepen die al kwetsbaar waren worden harder geraakt en dit vraagt om extra ondersteuning.


    Inmiddels is bekend dat het rijk dit jaar circa € 1.000.000.000 beschikbaar gaat stellen voor
    jeugd in brede zin, zowel voor corona initiatieven als de algemene stijging. In totaal € 613 miljoen extra wordt incidenteel beschikbaar gesteld voor de acute problematiek in de jeugdzorg, deels als gevolg van de coronapandemie. Onafhankelijk onderzoek laat zien dat gemeenten zo’n € 1,7 miljard meer uitgeven aan jeugdzorg dan dat ze aan middelen ontvangen. Op basis van eerste analyse zien wij dat net zoals in de rest van ons land ook in onze regio het aantal jeugdigen dat een crisisvoorziening nodig heeft (licht) toeneemt. Een andere ontwikkeling die zichtbaar is, is dat de behandelduur van jeugdigen in de zwaardere jeugdzorg toeneemt. Hierdoor is er minder doorstroom in de jeugdzorgketen. Voor een toelichting op de jeugdzorgkosten zie ook pagina 21-22.


    De uitkering van de rijksgelden voor de jeugdzorg vindt voor € 495 miljoen via het gemeentefonds plaats en voor € 118 miljoen via specifieke uitkeringen. In ruil hiervoor moet de gemeente (deels) extra jeugdzorgactiviteiten verrichten. Denk daarbij aan het uitbreiden van de crisiscapaciteit voor jeugdigen in de GGZ, het aanpakken of voorkomen van wachtlijsten voor specialistische jeugdzorg en problematiek in de jeugdbeschermingsketen. Deze middelen kunnen niet dus vrijblijvend door gemeenten worden ingezet. Zo gaat een deel van deze middelen direct door naar de coördinerende gemeenten voor de Jeugdzorg Plus, voor ons vervult de gemeente Roermond deze coördinerende rol. Binnen Venlo wordt op korte termijn nagegaan hoe deze middelen op een passende wijze kunnen worden geïnvesteerd om de problemen die er zijn in de jeugdzorg op te vangen. Dat doet de gemeente samen met betrokken ketenpartners en de regiogemeenten.


    Ruimtelijke projecten en woningbouw
    De Projectenrapportage ruimtelijk fysieke projecten is dit jaar geïntegreerd in deze VoRap.
    In de bijgevoegde Projectenrapportage ruimtelijk fysieke projecten 2021-I wordt gerapporteerd over de voortgang van 41 ruimtelijke projecten. Aan het programma zijn geen nieuwe projecten toegevoegd. In de periode van 30 september 2020 t/m 31 maart 2021 hebben deze projecten 100 woningen opgeleverd. De projecten voorzien in een nog te realiseren programma van 366 woningen. De risico’s in de ruimtelijk-fysieke projecten zijn qua totaalbedrag iets lager dan de vorige rapportage.


    Samenlevingsagenda
    Voor de uitvoering van de Samenlevingsagenda 2020 is, als gevolg van lopende toezeggingen en verplichtingen, in 2021 een budget van € 600.000 nodig. Daarvoor is nog geen dekking gevonden binnen bestaande budgetten. Dit bedrag wordt nu omwille van de voortgang, voorgefinancierd vanuit middelen voor regulier beheer en onderhoud van de openbare ruimte. Daarnaast worden er als gevolg van extreme situaties kosten gemaakt die voor 2021 niet zijn begroot, naar schatting € 500.000. Onder andere voor de bestrijding van de eikenprocessierups, bestrijding van de roetschorsziekte bij bomen en zaken als droogte, calamiteiten en andere ziektes.


    Uitbreiding truckparking James Cookweg
    Over de financiering van het project Truckparking zijn de tussen de Provincie en de gemeente Venlo gemaakte afspraken gewijzigd. In de grondexploitatie van de BV Ontwikkelbedrijf Greenport Venlo is een kostenpost opgenomen van € 1.355.464 als bijdrage in het uitbreidingsproject Truckparking aan de James Cookweg in Venlo in combinatie met extra handhaving op fout geparkeerde vrachtauto's. Het krediet wordt bovendien neerwaarts bijgesteld naar € 2.460.000, omdat de toekomstige exploitant een deel van de investeringen voor zijn rekening neemt.

  8. 3.c

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Marij Pollux


    Toelichting:
    Op basis van de input van de belanghebbenden en de gemeenteraad wordt de komende maanden een beleidskader Nieuwe Energie Venlo opgesteld. Dit kader wordt in het derde kwartaal van 2021 ter vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraad.
    Het beleidskader zal straks met name in gaan op leidende principes. Na vaststelling kan aan de slag gegaan worden met concrete initiatieven.
    Voor de nadere uitwerking tot een volledig beleidskader legt het college vier discussiepunten voor aan de oordeelsvormende vergadering (voor- en nadelen zie bijlagen):

    1. Ruimte voor Pilots: een innovatieprogramma voor Living Labs met oog voor de mogelijkheden voor derde geldstromen.
    2. Alleen medewerking verlenen aan initiatieven waarbij vooraf een plan is opgesteld met omwonenden. Aansluiten bij de ambities vanuit inwoners, maar ook bij initiatieven vanuit het bedrijfsleven of instellingen. Lokaal eigendom en eigenaarschap voorop.
    3. Ter beschikking stellen van dakoppervlak van overheidsgebouwen en oude stortplaatsen voor opwek met participatie van omwonenden. Evenals het ter beschikkingstellen van gronden via erfpacht aan de energiecoöperatie(s).
    4. Werken met een burgerforum bij advisering van initiatieven.
  9. 3.d

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Marij Pollux


    Toelichting:
    In januari 2020 heeft de raad de stedenbouwkundige visie en het ontwikkelprogramma voor het Kazerne Kwartier vastgesteld (RV 2020-2). Onderdeel van dat besluit was een fasering in twee delen uitgewerkt in een concreet ontwikkelprogramma voor fase 1 en een aantal ontwikkelscenario’s voor fase 2, passend bij de veronderstelde marktvraag en situatie op dat moment. Fase 1 was voorzien tot en met 2025 en fase 2 na 2025.


    Tijdens de voorbereiding en uitwerking van het ontwikkelplan Kazerne Kwartier met de marktpartijen is nu gebleken dat een aantal belangrijke ambities uit de stedenbouwkundige visie op het terrein van stedenbouw, parkeren, erfgoed en duurzaamheid beter te realiseren zijn als nog een keer scherp wordt gekeken naar het aantal woningen in de eerste fase.
    Deze ambitie kan door een verhoging van het aantal woningen dichterbij worden gebracht. Door het aantal woningen dat was voorzien in fase 2 aan fase 1 toe te voegen, kan dat proces worden versneld. Dit in reactie op de toegenomen druk op de woningmarkt, zowel kwantitatief als kwalitatief.


    De raad wordt nu voorgesteld om met deze versnelling akkoord te gaan. Concreet wordt voorgesteld om direct van start te gaan met de bouw van maximaal 500 reguliere woningen en 100 studenteneenheden. Daarvoor wordt het maximale woningbouwprogramma van fase 2 overgeheveld naar fase 1.


    Aanleiding
    De voorzichtig aantrekkende vraag naar nieuwe woningen in 2019 heeft anno 2021 krachtig doorgezet, in het bijzonder het stedelijk wonen in lijn met de landelijke trend. De positieve demografische ontwikkeling van Venlo zet zich voort en de ontwikkeling van Venlo als stad is voor steeds meer regiobewoners evident en daarom een reden om het stedelijke woonmilieu in Venlo te overwegen. Bij behandeling van de kadernota 2022 (RV 2021-33) is in de raad uitgebreid gesproken over deze woningbouwopgave. Het college wil hier graag proactief mee aan de slag gaan op het Kazerne Kwartier, omdat nieuwe locaties ontwikkelen voor woningbouw veel tijd in beslag nemen. Volgens het college is op het Kazerne Kwartier volop de ruimte, potentie en gelegenheid om de druk op de woningmarkt binnen afzienbare tijd te verlichten en tegelijkertijd een extra kwaliteitsslag te maken in het stedelijke wonen en leven.


    Richtlijn
    Als richtlijn voor het reguliere woningbouwprogramma van 500 woningen geldt een procentuele verdeling van prijscategorieën van 30-30-40 voor respectievelijk sociaal, middelduur en duur. Dit betekent dat 60% van de woningen in de betaalbare categorie - sociaal en middelduur – valt, zoals door het Rijk gehanteerd. De verhouding grondgebonden woningen en appartementen is ongeveer een derde versus tweederde. Hiermee wordt ingespeeld op de sterk groeiende vraag van één- en tweepersoonshuishoudens.
    Verder wordt ingezet op meer huurwoningen in alle prijscategorieën, met namen in de midden huur.


    Mix wonen en stedelijke voorzieningen
    Opgemerkt wordt dat het belangrijk is om een goede balans te borgen tussen de mix van wonen en andere stedelijke voorzieningen op het gebied van werken, onderwijs, horeca en leisure. De realisatie van dit stedelijk programma wordt via garanties voorwaardelijk gesteld in de uitgifteovereenkomsten met de marktpartijen. Ook als dit ‘ontwikkelen op risico’ betekent, daarnaast kunnen de betreffende vierkante meters niet op een later moment alsnog worden omgezet naar een woonprogramma.


    Vervolg
    Als de raad instemt met het voorstel kan het ontwikkelplan de komende periode worden afgerond passend binnen de voorgestelde herziene programmatische kaders. Het ontwikkelplan wordt door het college vastgesteld. Bedoeling is om het ontwikkelplan voor de eerste fase+ Kazerne Kwartier in september/oktober te presenteren aan de raad samen met de geselecteerde marktpartijen. Ook wil het college graag met de raad in gesprek over één of meerdere ontwikkelperspectieven voor de resterende ontwikkelvelden in fase 2 en de gewenste ontwikkeltermijn.

  10. 4
    19.30 - 22.05 uur DOMEIN 2: Leefbaar Venlo
  11. 4.a

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: burgemeester Antoin Scholten


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt, de 13e wijziging van de APV (Algemene Plaatselijke Verordening) Venlo vast te stellen. De voorgestelde wijziging van de APV Venlo is het gevolg van de wens om specifieke bepalingen aan de APV toe te voegen en een enkele wijziging door te voeren.
    Het gaat om het opnemen van bepalingen omtrent:


    A. Outlaw Motorcycle Gangs (OMG); de behoefte aan een dergelijke bepaling bestond al langer en is juridisch mogelijk;
    B. Lachgasverbod; het toegenomen gebruik van lachgas levert aantasting op van de openbare orde, het milieu en de veiligheid;
    C. Sluiting van voor het publiek openstaande gebouwen; illegaal gokken komt regelmatig voor in voor publiek toegankelijke gebouwen in Venlo. Er is daarom dringend behoefte aan specifieke handvatten om dit te kunnen bestrijden;
    D. Verkorting termijn ruimen weesfietsen; deze verkorting van de termijn dient ter verbetering van de handhaving.

  12. 4.b

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt, te besluiten tot vaststelling van de Erfgoedverordening Venlo 2021, onder gelijktijdige intrekking van de Erfgoedverordening 2010, alsook te besluiten tot vaststelling van de herziene archeologische beleidskaart.
    Hiermee wordt een kader vastgesteld, nodig om uitvoering te geven aan het gemeentelijk erfgoedbeleid dat in 2017 door de raad is vastgesteld. Met het erfgoedbeleid wordt beoogd om de historie, identiteit en belevingswaarde van Venlo te behouden en te versterken.


    De herziening van de verordening is nodig omdat:
    • de Erfgoedwet inwerking is getreden en de Monumentenwet 1988 (grotendeels) is vervallen waardoor de juridische basis onder de oude verordening is vervallen.
    • de verordening de juridische basis is voor de herijking van de erfgoedlijst. zoals opgenomen in de door de raad vastgestelde Erfgoednota 2017.


    Het herzien van de archeologische kaart is nodig, omdat er sinds vaststelling in 2007 een groot aantal archeologische onderzoeken heeft plaatsgevonden, waarbij veel nieuwe archeologische kennis is verkregen.

  13. 4.c

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt om te besluiten bijgevoegd bestemmingsplan ‘Luuschweg 15, Hout-Blerick’ (bijlagen 1 en 2) vast te stellen. Tevens wordt voorgesteld te besluiten tot het niet vaststellen van een exploitatieplan.
    Het gaat hier om de bouw van twee woningen, het omzetten van een bedrijfswoning naar een burgerwoning en de realisatie van 19 garageboxen (geen bedrijfsmatig gebruik) binnen de kern Hout-Blerick aan de Luuschweg 15 (sectie L, nummer 4843, 5408 en 5520 (gedeeltelijk).
    Met het vaststellen van dit bestemmingsplan wordt een nieuw planologisch-juridisch kader voor de gewenste ontwikkeling vastgelegd. De beoogde ontwikkeling past binnen het ruimtelijk rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid, waaronder het gemeentelijk beleid zoals omschreven in de ‘Ruimtelijke Structuurvisie Venlo – Ruimte in stad en dorp’, vastgesteld door de gemeenteraad op 25 juni 2014. Een en ander vindt plaats binnen bestaand stedelijk gebied en zorgt voor een kwaliteitsverbetering door de transformatie van een bedrijfsperceel naar kwalitatief hoogwaardige vrijstaande woningen.


    Er zijn geen zienswijzen ingediend; instellen van beroep op de bestemmingsplanvaststelling is enkel mogelijk door diegene die aantoont dat hij/zij niet in de gelegenheid is geweest om een zienswijze in te stellen.

  14. 4.d

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Sinds 1 januari 2013 valt de exploitatie van de maasveren onder de vlag van de Gemeenschappelijke Regeling (GR) Maasveren Limburg-Noord. De gemeenschappelijke regeling voorziet in het in stand houden van de veerverbindingen in de gemeenten Horst aan de Maas, Peel en Maas, Beesel en Venlo. Doel van deze gemeenschappelijke regeling is onder andere een kostendekkende exploitatie van de Maasveren. Hierop wordt de begroting jaarlijks bijgesteld.


    Jaarstukken 2020
    De jaarrekening 2020 (bijlage 1) laat een positief resultaat zien van € 42.246,00. Mede door het verplaatsen van het onderhoud van de veerstoepen (eind 2020 naar begin 2021) is een deel van het opgenomen begrotingsbedrag niet in 2020 ingezet. Het geraamde bedrag van € 100.000, - zal worden ingezet in 2021. Deze wijziging is opgenomen in de begroting 2022.


    Begroting 2022
    In de begroting 2022 (bijlage 2) zijn duurzaamheidsinvesteringen en de indexering conform de Consumentenprijsindex (CPI) opgenomen.
    De duurzaamheidsinvestering bestaat uit € 30.000, -, bestemt om de veerponten 100% op blauwe diesel te laten varen. Dit heeft tot 31 december 2020 een reductie van 288.500 kilogram CO² opgeleverd.
    Per 2021 zijn de apparaatskosten, consessievergoedingen en de verhuur van de Maasveren geïndexeerd volgens de CPI.


    Financiële kanttekeningen
    Door de marktwerking van de beurzen fluctueert het verschil in prijzen tussen normale en blauwe diesel behoorlijk. Afhankelijk van de marktprijzen zal er zoveel mogelijk met een 100% versie worden gevaren. Mocht dit budgettair niet meer mogelijk zijn kan nog worden terug geschaald naar de 50 of 30% versie.


    Per 1 januari 2016 is de wet modernisering vennootschapsbelasting (VPB) voor overheidsondernemingen ingevoerd. Dit heeft mogelijk gevolg voor de GR Maasveren wanneer deze wordt aangemerkt als ondernemer voor de vennootschapsbelasting. De accountant Baker en Tilly heeft een berekening gemaakt van de tot op heden eventueel te betalen vennootschapsbelasting, resulterend in € 57.500. Er is naar verwachting gedurende 2021 meer duidelijkheid of de GR zal worden aangemerkt als deze en of er sprake zal zijn van een objectieve vrijstelling. Wanneer hier meer duidelijkheid over is zal dit worden gecommuniceerd met de deelnemende gemeenten.


    Zowel de jaarrekening 2020 als de begroting 2022 hebben geen financiële consequenties voor de deelnemende gemeenten. De kosten en investeringen worden geheel gedekt binnen de exploitatie van de Maasveren.
    Vanuit de verantwoordelijkheid als centrumgemeente heeft de gemeente Horst aan de Maas aan Baker Tilly gevraagd de jaarrekening 2020 aan de voorgeschreven accountantscontrole te onderwerpen. De betreffende controle heeft plaatsgevonden en de goedkeurende verklaring is afgegeven en als bijlage bijgevoegd.


    Voorstel
    De gemeenteraad wordt gevraagd om de jaarstukken 2020 en de begroting 2022 van de Gemeenschappelijke Regeling Maasveren Limburg-Noord vast te stellen.
    Daarnaast wordt akkoord gevraagd om het positief resultaat van de jaarrekening ad € 42.246,- toe te voegen aan de rekening courant van de GR Maasveren-Limburg Noord.
    Vervolgprocedure voor de raad
    De gemeenteraad wordt jaarlijks gevraagd om de jaarrekening en begroting van de GR Maasveren Limburg-Noord vast te stellen.

  15. 4.e

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    In juli 2020 is de projectopdracht vastgesteld door het college voor de nieuwbouwontwikkeling op het terrein van voormalig A&P Lucker en de historische sigarenfabriek Vossen-Breuers. Er wordt beoogd in totaal 42 woningen te realiseren.


    Vaststellen van het grondexploitatiecomplex Vossen-Breuers en het beschikbaar stellen van een krediet van € 864.900, -
    De raad wordt gevraagd om tot vaststelling van het grondexploitatiecomplex Vossen-Breuers over te gaan en een krediet van € 864.900, - beschikbaar te stellen en dit te dekken uit de exploitatiebijdrage van de ontwikkelaar. Met het beschikbaar stellen van het krediet kunnen onder andere financiële verplichtingen worden aangegaan ten behoeve van het bouw- en woonrijp maken van de locatiegronden. De grondexploitatiekosten voor de beoogde planontwikkeling worden gedekt door de exploitatiebijdrage van de ontwikkelaar en uit de opbrengsten van de grondverkoop.


    Financiële kanttekeningen
    De plankosten kunnen bij de nadere planuitwerking hoger uitvallen dan geraamd.
    Dit betreft een risico dat acceptabel en aanvaardbaar wordt geacht en bij de verdere
    planuitwerking zal worden bewaakt op basis van projectmatige werkwijze.


    Voorstel
    De raad wordt gevraagd om het grondexploitatiecomplex t.b.v. Vossen-Breuers vast te stellen en tevens een krediet à € 864.900, - beschikbaar te stellen ten behoeve van het bouw- en woonrijk maken van de locatiegronden.
    Daarnaast wordt de raad gevraagd kennis te nemen van de (financiële) risico’s.

  16. 4.f

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Vaststellen bestemmingsplan
    Er is een verzoek gedaan voor een bestemmingsplanwijziging welke ziet op de realisatie van een bijzondere particuliere begraafplaats voor twee graven aan de Venrayseweg (sectie X 663) in Venlo. Het plangebied is bestemd als ‘agrarisch gebied’, binnen deze bestemming is het gebruik van de gronden als begraafplaats niet toegestaan.
    Door middel van het bijgevoegd bestemmingsplan wordt een nieuw bestemmingsplan vastgesteld waardoor de realisatie van de begraafplaatsen mogelijk is.
    Voorwaarde is dat er ter plaatse sprake moet blijven van een goede ruimtelijke ordening.
    De boogde ontwikkeling past binnen het ruimtelijk rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid, waaronder het gemeentelijk beleid zoals omschreven in de ‘Ruimtelijke Structuurvisie Venlo’. Tevens sluit het aan bij de gewenste ruimtelijke kwaliteit van het mozaïeklandschap. Zie tevens toelichting, de regels en de verbeelding van het (ontwerp)bestemmingsplan (zie bijlagen 1 en 2).


    Geen exploitatieplan vaststellen
    Omdat er geen sprake is van een aangewezen bouwplan, is er geen exploitatieplan verplicht.
    Er zijn geen verhaalbare kosten, de kosten van de ontwikkeling worden door de initiatiefnemer gedragen. Met de initiatiefnemer is een planschadeverhaalsovereenkomst afgesloten, waardoor kosten van het verhalen van planschade in het geheel afgewenteld is op de initiatiefnemer als zijnde eigenaar van de gronden.


    Voorstel
    De raad wordt gevraagd om te besluiten over te gaan tot het vaststellen van bestemmingsplan ‘Venrayseweg 334, Venlo’.
    De raad wordt gevraagd om geen exploitatieplan vast te stellen voor het plangebied van dit bestemmingsplan.


    Het ontwerp bestemmingsplan ‘Venrayseweg 334, Venlo’ heeft ter inzage gelegen conform de uniforme openbare voorbereidingsprocedure en hierop zijn geen zienswijzen ontvangen.
    Tegen een vastgesteld bestemmingsplan kan door belanghebbende rechtstreeks beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.


    Vervolgprocedure voor de raad
    Nadat de gemeenteraad besloten heeft over te gaan tot het vaststellen van het bestemmingsplan wordt een nieuw planologisch-juridisch kader voor de gewenste ontwikkeling vastgelegd. Bij het uitblijven van beroep wordt het bestemmingsplan na zes weken onherroepelijk.

  17. 4.g

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Vaststellen bestemmingsplan
    Er is een verzoek gedaan voor een bestemmingsplanwijziging welke ziet op het oprichten van twee vrijstaande woningen op de hoek Vrijenbroekweg - Pastoor Lemmensstraat (sectie T nummer 547 en nummer 211 en sectie B nummer 3351 en nummer 5324). Het plangebied waarbinnen de locatie valt heeft de enkelbestemming ‘Agrarisch’ en gedeeltelijk de dubbelbestemming ‘Waarde-Archeologie’. Achteraan op de percelen geldt de functieaanduiding ‘archeologische waarden’. Op een deel langs de Vrijenbroekweg geldt de gebiedsaanduiding ‘vrijwaringszone – weg’. Het oprichten van twee vrijstaande burgerwoningen is op basis van de huidige bestemmingen en aanduidingen niet toegestaan.


    Het toestaan van het oprichten van twee woningen is in strijd met de Ruimtelijke Structuurvisie Venlo 2014 en de beleidsregel ‘Particulier opdrachtgeverschap Natteweg en Pastoor Lemmensstraat’.
    In beginsel staat de Ruimtelijke Structuurvisie Venlo 2014 de ontwikkeling van de woningen niet toe, maar de visie beoogt ook – binnen de voorgestelde kaders- ruimte te geven aan initiatiefnemers. Voorwaarde is dat stedelijke ontwikkelingen moeten worden ingepast in het groene casco van het gebied en dient voortgebouwd te worden op bestaande stedelijke functies. Omdat de geplande woningen net buiten de zone liggen van de stedelijke functies waarvoor de ‘Beleidsregel particulier opdrachtgeverschap Natteweg en Pastoor Lemmensstraat' geldt en het karakter van het gebied tevens vergelijkbaar is met het gebied in deze zone, worden deze beleidsregels gehanteerd in het voorgenomen plangebied.
    Het plangebied waarbinnen de geplande woningen vallen heeft de functieaanduiding ‘archeologische waarden’. De archeologische beleidskaart (bijlage 1: toelichting bestemmingsplan, afbeelding 15) laat zien dat het plangebied in een zone ligt die is vrijgegeven. Er behoeft voor deze planontwikkeling daarom geen archeologisch onderzoek te worden verricht en is ook een rapportage niet noodzakelijk.
    Met deze bestemmingsplanherziening wordt de voorgenomen ontwikkeling planologisch-juridisch mogelijk gemaakt.


    Geen exploitatieplan vaststellen
    Het bouwplan is aangewezen als zogenaamd ‘kruimelgeval’ op grond van artikel 6.2.1a Besluit ruimtelijke ordening aanhef en onder c; de verhaalbare kosten in verband met dit bouwplan betreffen uitsluitend de kosten voor de aansluiting van een bouwperceel op de openbare ruimte of aansluiting op nutsbedrijven. In dit geval vervalt daarmee voor de gemeenteraad de verplichting tot het vaststellen van een exploitatieplan.
    Er zijn geen verhaalbare kosten, de kosten van de ontwikkeling worden door de initiatiefnemer gedragen. Met de initiatiefnemer is een planschadeverhaalsovereenkomst afgesloten, waardoor kosten van het verhalen van planschade in het geheel afgewenteld is op de initiatiefnemer als zijnde eigenaar van de gronden.


    Voorstel
    De raad wordt gevraagd om te besluiten over te gaan tot het vaststellen van bestemmingsplan ‘‘Vrijenbroekweg – Pastoor Lemmensstraat’.
    De raad wordt gevraagd om geen exploitatieplan vast te stellen voor het plangebied van dit bestemmingsplan.
    De provincie Limburg en het waterschap hebben in het kader van het vooroverleg een reactie kunnen geven op het ontwerp. De betreffende instanties hebben geen opmerkingen over het voorliggende plan.
    Het ontwerp bestemmingsplan ‘Vrijenbroekweg – Pastoor Lemmensstraat’ heeft ter inzage gelegen conform de uniforme openbare voorbereidingsprocedure en hierop zijn geen zienswijzen ontvangen.
    Tegen een vastgesteld bestemmingsplan kan door belanghebbende rechtstreeks beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.


    Vervolgprocedure voor de raad
    Nadat de gemeenteraad besloten heeft over te gaan tot het vaststellen van het bestemmingsplan wordt een nieuw planologisch-juridisch kader voor de gewenste ontwikkeling vastgelegd. Bij het uitblijven van beroep wordt het bestemmingsplan na zes weken onherroepelijk.

  18. 4.h

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    De raad wordt voorgesteld om het Gemeentelijk rioleringsplan Venlo financiële actualisatie exploitatie GRP 2021-2031 vast te stellen en om de begroting 2021-2024 hierop aan te passen. De actualisatie is 1,5 jaar eerder zodat rekening gehouden kan worden met de financiële gevolgen van ontwikkelingen regelgeving, de klimaatopgave, oppervlaktewaterkwaliteit en de invoering van de omgevingswet.


    Wat ligt voor?
    Voorgesteld wordt om de exploitatieopzet voor het gemeentelijk rioleringsplan met ingang van 2022 jaarlijks te verhogen met gemiddeld 3,5% (€ 6,35 prijspeil 2021). Dit wijkt af van de eenmalige verhoging van 10% die in 2021 bij de begroting was voorzien (€ 15,53 prijspeil 2021). Met deze aanpassing zijn zowel beleid en ambities als de beschikbare financiële middelen, actueel en meerjarig op grond van de huidige inzichten opnieuw met elkaar afgestemd.
    In de exploitatie wordt overigens uitgegaan van hetzelfde onderhoudsniveau voor de riolering. De gemeente is hierin aan regels gebonden en kan zo de conditie van het systeem op peil houden en op die manier mogelijke gevolgschade voorkomen. Opgemerkt wordt dat met dit exploitatievoorstel niet alle knelpunten qua wateroverlast aangepakt kunnen worden en dat ook niet alle (meelift)kansen worden benut.


    Vervolg
    De begroting 2021-2024 wordt als gevolg van de financiële actualisatie GRP aangepast.
    Ook wordt dan rekening gehouden met het voorstel in de kadernota 2022 over de woonlasten en de resultaatbestemming 2020. Dat betekent dat de gemeentelijke woonlasten (waaronder de rioolheffing valt) voor woningen én huurders én gemeentelijke lasten niet-woningen (nominaal) niet worden verhoogd.

  19. 4.i

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Wat ligt voor?
    De raad wordt voorgesteld om de Integrale Visie Openbare Ruimte (IVOR) 2021-2031 vast te stellen. Daarmee legt de raad de ambities vast voor de openbare ruimte in Venlo.
    De koers op hoofdlijnen die wordt voorgesteld is:

    1. Een prettige gezonde leefomgeving voor iedereen
      De openbare ruimte nodigt uit tot een gezonde levensstijl en deelname aan het openbare leven.
    2. Toekomstbestendig als basis
      Met een multifunctionele en flexibele inrichting van de openbare ruimte kunnen we beter inspelen op trends en ontwikkelingen in de samenleving.
    3. Verplaatsing volgens het STOP-principe
      Onze infrastructuur leidt tot deelname aan het STOP-principe: mensen gaan eerst stappen (te voet), dan trappen (fietsen), benutten het openbaar vervoer) en maken als laatste pas gebruik maken van Personenwagenvervoer (auto).
    4. We doen het samen: een openbare ruimte voor iedereen
      Er ontstaat bewustwording, gedeelde verantwoordelijkheid en eigenaarschap bij inwoners. Initiatieven in de openbare ruimte vanuit inwoners en bedrijven worden gehoord en ze worden actiever betrokken bij initiatieven vanuit de gemeente.

    Voor een samenvatting van de ambities zie pagina 22 van het rapport (bijlage).


    Stadspeiling
    Bedoeling van het beleid en beheer van de openbare ruimte is dat deze aansluit op de behoefte van onze inwoners en de gebruikers. Door middel van enquêtes en stadspeilingen wordt daarom jaarlijks de belevingswaarde gepeild. Streven is dat de waardering voor de leefbaarheid van de openbare ruimte in 2031 minimaal een score van 7 haalt. Na 5 jaar wordt geëvalueerd of IVOR in dat opzicht succesvol is.


    Uitwerking
    Aan IVOR zijn geen middelen gekoppeld. Budgetten voor concrete plannen in de openbare ruimte worden bij de begroting waar nodig aanvullend beschikbaar gesteld. Het uitgangspunt bij de herinrichting van de openbare ruimte is de inzet van bestaande beheer-, onderhouds-, en vervangingsbudgetten. Bij de vaststelling van nieuwe beheerplannen wordt de bestaande financiering in het licht van de IVOR als het ruimtelijk kader dan ook heroverwogen en bezien.

  20. 4.j

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    In oktober 2020 is in de raad een eerste oordeelsvormend gesprek gevoerd over de nieuwe lokale woonvisie. Hier zijn de hoofdthema’s voor de nieuwe woonvisie besproken en aangevuld. Vervolgens zijn een aantal onderzoeken gestart die als onderlegger dienen voor de woonvisie. Het gaat hierbij om een woonwensenonderzoek en een woonzorganalyse. Samen met de Strategische Visie 2040 ligt hiermee de basis voor het nieuwe lokale woonbeleid. Op 19 mei jl. heeft een themabijeenkomst plaatsgevonden over de uitkomsten van de onderzoeken. Hierbij heeft de raad meegegeven dat er belang wordt gehecht aan onderzoeksresultaten op staddeel/kernniveau en een herkenbare doorvertaling in de woonvisie.


    Wat ligt voor?
    Met de bespreking van deze raadsnotitie wordt de volgende stap in het proces gezet.
    De raadsnotitie bevat verdere informatie over de inhoudelijke hoofdthema’s. Hierbij is bijzondere aandacht voor het thema robuuste woningvoorraad en nieuwbouw, beschikbaarheid en betaalbaarheid en wonen en zorg (zie ook bijlage 1).
    Verder wordt de raad gevraagd hoe het vervolgproces moet worden ingericht.
    Gekozen kan worden uit 2 scenario’s:


    1 – Een woonvisie op hoofdlijnen
    Op hoofdlijnen wordt de koers voor het woonbeleid omschreven in de woonvisie. Hieraan wordt een uitgebreid uitvoeringsprogramma gekoppeld. Dit uitvoeringsprogramma kan gedurende de looptijd van de woonvisie aangevuld worden.


    2 – Een gedetailleerde woonvisie
    De koers voor het woonbeleid wordt gedetailleerd omschreven en hiermee ligt de richting voor het wonen voor de komende jaren vast. Ook hieraan is een uitvoeringsprogramma gekoppeld, deze ligt voor de looptijd van de woonvisie vast.
    Het college heeft de voorkeur voor het 1e scenario.


    Onderzoek rekenkamer
    Op 28 april jl. heeft de raad het rekenkameronderzoek “Nieuw woonbeleid in Venlo. Wat gaat goed, wat kan beter?” vastgesteld, met daarin ook de aanbeveling om de relatie tussen Woonvisie en Uitvoeringsprogramma te heroverwegen en de raad hierin zijn rol te geven (zie bijlage). Ook het belang van monitoring wordt hierin onderstreept.
    In beide scenario’s wordt hier aandacht aan besteed. Het is van belang dat voor de raad en de buitenwereld inzichtelijk wordt of de doelstellingen uit de visie worden behaald.


    Vervolg
    In september 2021 wordt de nieuwe lokale woonvisie voorgelegd aan de raad.

  21. 5
    19.30 - 21.30 uur DOMEIN 1: Welvarend Venlo, Centrumstad Venlo, Grenzeloos Venlo, Circulaire & duurzame hoofdstad plus bestuur en financiën (‘Stad met Perspectief’)
  22. 5.a

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Erwin Boom


    Toelichting:
    Aan u wordt gevraagd aan het college een denkrichting mee te geven voor en over de toekomstige ontwikkeling van de binnenstad van Venlo. Die denkrichting zal worden vertaald in een door het college vast te stellen Plan Binnenstad.
    Plan Binnenstad wordt een integraal plan, dat vanuit ruimtelijk-economisch perspectief wordt ingegeven, waarbij de verbinding wordt gelegd met andere beleidsterreinen die relevant zijn in de binnenstad. Het is een plan dat uitvoering moet geven aan de gewenste ontwikkelrichting voor de binnenstad in de komende jaren. Het vormt het verlengstuk van een aantal door de raad eerder vastgestelde visies en gemeentelijke beleidskaders, zoals:

    • Visie Stedelijk Centrum 2022;
    • Detailhandelsbeleid Venlo 2015-2025;
    • Cultuurvisie Venlo 2020;
    • De erfgoednota ‘Venlo maakt van erfgoed erfgoud 2017-2025’;
    • Agenda Groen en Water;
    • Uitvoeringsnota Evenementenbeleid 2020-2023;
    • De nog vast te stellen nieuwe lokale woonvisie.

    De oordeelsvormende discussie: 1. en 2.
    In een oordeelsvormende discussie van vanavond bespreekt u als raad de volgende zeven binnenstadsopgaven en de vijf speerpunten, waaraan in een later stadium concrete acties gekoppeld worden:
    1.


    Wat vindt u van de voorgestelde BINNENSTADOPGAVES (raadsvoorstel vanaf pagina 3):

    1. Inzetten op de economische kracht van beleving
    2. Terugdringen vierkante meters detailhandel
    3. Opmars van eenzijdig en voordelig doorbreken
    4. Onderscheidend en uniek aanbod (voor midden- en hoge inkomens) stimuleren
    5. Binden van de regiobewoners
    6. Grip krijgen op ontwikkeling van horeca, voor een goede balans tussen wonen en leven in de binnenstad
    7. Verzilveren potentie kenniseconomie
      Heeft u als raad nog aanvullingen of verdiepingen hierop?

    Wat vindt u van de vijf SPEERPUNTEN (raadsvoorstel vanaf pagina 4 onderaan):

    1. Transformatie (afbouw winkelmeters) stimuleren
    2. Uitstraling en verblijfsklimaat openbare ruimte verbeteren
    3. Historie zichtbaar en beleefbaar maken
    4. Basisfaciliteiten (slim) op orde houden
    5. Samenwerking continueren/intensiveren
      Heeft u als raad nog aanvullingen of verdiepingen hierop?

    Vervolgprocedure en financieel
    Plan Binnenstad zal dienen als handelingsperspectief voor toekomstige ontwikkelingen in de binnenstad. Het voornemen is om dit plan voor het zomerreces van 2021 vast te stellen. Wij zullen het plan direct daarna aan u als gemeenteraad ter informatie aanbieden.
    In de door de raad nog vast te stellen Kadernota 2022 is opgenomen dat de benodigde inspanningen om het Plan Binnenstad succesvol ten uitvoer te kunnen brengen meerjarige investeringen vraagt. In de meerjarenbegroting 2022-2025 zullen daartoe nadere voorstellen gedaan worden.

  23. 5.b

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Erwin Boom


    Toelichting:
    Wat ligt voor?
    De raad wordt voorgesteld om het integraal beleidskader arbeidsmarkt vast te stellen.
    Met de vaststelling van deze toekomstvisie voor het arbeidsmarktbeleid fundeert en focust de raad het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid voor de komen jaren. De visie is mede opgesteld naar aanleiding van het rekenkamerrapport over arbeidsmarktbeleid in Venlo dat september 2020 door de raad is vastgesteld (zie de bijlage). Daarin werd onder andere geconstateerd dat er in de periode 2015-2019 geen eenduidig vastgelegd arbeidsmarktbeleid was dat ingebed is in een meerjarige beleidscyclus en dat aan het beleid geen gefundeerde arbeidsmarktanalyse ten grondslag lag.


    Concreet wordt aangekoerst op:
    • Verbreding en differentiatie van het arbeidsmarktbeleid.
    Aanvullend aan de focus op de maakindustrie, logistiek en agribusiness zoeken we de verbreding van de focus op in ambities als de Gezondste Regio, kennisintensieve, circulaire en innoverende en inclusieve economie en arbeidsmarkt.
    • Inzet op een duurzame en inclusieve werkgelegenheid, waarbij vraag en aanbod op de arbeidsmarkt optimaal op elkaar aansluiten. Dit vanuit het principe: (toekomstige) -Werknemers zijn flexibel en wendbaar en blijven zich ontwikkelen.
    • Meer verbindingen en samenwerking tussen het economische en sociale domein.
    • ‘Talent’ als uitgangspunt voor arbeidsmarktvraagstukken. Voor de vragen en opgaves van de volle breedte van de arbeidsmarkt, geeft het beleidskader aan de hand van een talenten-kwadrant richting aan voor nadere uitwerking denken. Het beleidskader focust daarbij ook in het denken in mogelijkheden en talenten als richtlijn voor de gemeentelijke inspanningen voor mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt.
    • Zorgvuldig omgaan met talenten: zoveel mogelijk inwoners zijn aan het werk.
    In 2040 is de economie immers gegroeid en de beroepsbevolking kleiner geworden. Iedereen is nodig.
    • Het ontwikkelen van personeel vindt taakgerichter plaats en minder gericht op het opleiden voor een beroep, zoals we dat nu kennen.
    • Ook inzetten op het aantrekken van nieuwe inwoners, internationale medewerkers, kenniswerkers en studenten.
    • Focus op werk en minimabeleid als sluitstuk voor de huishoudens waar dat ondanks extra inspanning toch onvoldoende realistisch blijkt.
    • De lokale gemeente zien als een van de spelers in het arbeidsmarktbeleid en de arbeidsmarkt niet als maakbaar door de gemeente beschouwen.
    • Koppeling van het lokale arbeidsmarktbeleid aan de regionale aanpak; samenwerking met de Noord-Limburgse regiogemeenten en sociale partners.
    Voor de analyse en zienswijze over het arbeidsmarktbeleid zie de bijlage.


    Vervolg
    Als de raad instemt met het voorstel wordt een uitvoeringsprogramma uitgewerkt. En wordt er een voorstel over de monitoring ontwikkeld. De raad wordt nu al verzocht om hierover met de auditcommissie in gesprek te gaan.
    Het uitvoeringsprogramma staat gepland in het laatste kwartaal 2021.