Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Oordeelsvormende raadsvergadering

woensdag 2 december 2020

19:00 - 21:10
Locatie

digitaal via Webex

Voorzitter
Gerrit Schuurs en Harro Schroeder
Toelichting

De domeinen zijn live te volgen via: https://venlo.raadsinformatie.nl/live

Agenda documenten

Agendapunten

  1. 1

  2. 1.a

  3. 2
    19.15 - 21.20 uur DOMEIN 1: Welvarend Venlo, Centrumstad Venlo, Grenzeloos Venlo, Circulaire & duurzame hoofdstad plus bestuur en financiën (‘Stad met Perspectief’)
  4. 2.a

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt, toestemming te geven aan het college om namens de gemeente Venlo in te stemmen met het verzoek van Mook en Middelaar tot toetreding tot de Gemeenschappelijke Regeling BsGW per 1 januari 2021.


    Deze toestemming door de raad is een vereiste ingevolge artikel 1 van de Wet gemeenschappelijke regelingen en artikel 31, tweede lid van de Gemeenschappelijke Regeling; toetreding van een nieuwe deelnemer kan slechts plaatsvinden wanneer de zittende deelnemers daarin toestemmen bij eensluidend besluit.


    Het algemeen bestuur van de BsGW heeft op 25 juni 2020 een positief besluit genomen op het verzoek van de gemeente Mook en Middelaar. Nu verzoekt het algemeen bestuur het college van BenW van Venlo om vóór 01-01-2021 in te stemmen met het toetredingsverzoek. Deze instemming kan het college geven, meteen nadat de raad akkoord is gegaan met het nu voorliggende raadsvoorstel.


    Met de uitbreiding van de gemeente Mook en Middelaar zijn op twee gemeenten na alle Limburgse gemeenten aangesloten bij de BsGW. De toetreding van de gemeente Mook en Middelaar leidt tot een lichte verlaging van de bijdrage voor de gemeente Venlo.

  5. 2.b

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt vast te stellen: de 1e wijziging van de Belastingverordening onroerende-zaakbelasting 2021 inzake de OZB tarieven.
    Dit voorstel betreft een technische uitwerking van de begroting 2021-2024, vastgesteld op 6 november 2020. In deze raadsvergadering (RV 39) is bij de behandeling van de belastingverordeningen 2021 aangegeven dat de definitieve OZB-tarieven pas in de raadsvergadering van 16 december ter besluitvorming kunnen worden voorgelegd. Voornaamste oorzaak van deze vertraging lag in het feit dat er destijds nog een discussie gaande was tussen de BsGW (Belastingsamenwerking Gemeenten en Waterschappen) en de Waarderingskamer (toezichthouder WOZ) over de eventuele invloed van de Coronacrisis op de waardeontwikkeling. Deze invloed zou dan met name betrekking hebben op horeca- en kantoorpanden of panden waarbij de waarde afhankelijk is van onder meer omzetgegevens.


    Coalitieprogramma
    In het coalitieprogramma is opgenomen dat voor de periode 2018-2022 de verbetering van de gemeentelijke financiën stapsgewijs zal worden opgepakt met als voorkeur zonder de woonlasten te verhogen. Bij de begroting 2021-2024 is aangegeven dat de woonlasten voor woningen nominaal niet mogen stijgen voor de rest van de lopende collegeperiode.
    · De gemiddelde woonlasten (OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing) voor woningen worden voor de resterende duur van deze collegeperiode nominaal niet meer verhoogd;
    · De indexering van de OZB-opbrengsten voor woningen is gesteld op 0%;
    · De inkomsten uit de areaaluitbreiding OZB en een aanpassing van de OZB- verhouding woningen versus niet-woningen worden ingezet om de woonlasten stabiel te houden.


    Berekening tarieven
    Uitgangspunt bij het bepalen van de percentages, zoals die worden opgenomen in de belastingverordening, is de in de begroting vastgestelde indexering (zie ook raadsvoorstel 39, d.d. 6 november 2020). De BsGW gaat in haar meest actuele prognose uit van een waardestijging van ±6,35% voor woningen en een waardedaling van ±3,8% voor niet-woningen. Conform het kader mag de waardeontwikkeling de OZB-lastendruk niet beïnvloeden m.a.w. de lastendruk dient gelijk te blijven.
    In individuele gevallen kan de stijging afwijken van de vastgestelde OZB-stijging omdat het uitgangspunt de gemiddelde waardeontwikkeling is.
    Een en ander betekent dat in de voorliggende 1e wijziging van verordening onroerende-zaakbelasting 2021 onderstaande tarieven zijn opgenomen:


    Artikel 5 Belastingtarieven OZB 2021
                      Het tarief van de belasting bedraagt een percentage van de heffingsmaatstaf. Het percentage bedraagt voor:
    a. de gebruikersbelasting: 0,3159%
    b. de eigenarenbelasting:
     1. voor onroerende zaken welke in hoofdzaak tot woning dienen: 0,1641%
     2. voor onroerende zaken welke niet in hoofdzaak tot woning dienen 0,3932%

  6. 2.c

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    Toelichting:
    Zoals gebruikelijk stelt de raad in december de planning vast voor de bestuurlijke behandeling van de producten uit de Planning & Control cyclus het komend jaar. Daarbij gaat het om:
    • Maart: Omgevingsanalyse (maatschappelijke ontwikkelingen relevant voor Venlose afwegingen)
    • Mei: Kadernota 2022-2025 (voornemens om op te nemen in de begroting van het volgend jaar)
    • Juni: VoRap 2021 (inhoudelijke en financiële rapportage over de uitvoering van de programma’s de eerste drie maanden van het jaar)
    • Juni: Jaarstukken 2020 (programmaverantwoording, jaarrekening en jaarverslag over het voorgaande jaar)
    • November: Begroting 2022-2025 (beleidsvoornemens voor de programma’s met financiële vertaling)
    • December: FinRap 2021 (inhoudelijke en financiële rapportage over de uitvoering van de programma’s de eerste acht maanden van het jaar)


    Deze planning is in wezen gelijk aan die van het afgelopen jaar, inclusief de (additionele) raadsinformatiebrief over de resultaten in mei, voornamelijk omdat er geen afspraken zijn gemaakt met de zorgaanbieders voor tijdige aanlevering van hun jaarrekeninggegevens. Het college kan hiermee ook in 2021 nog niet tegemoet komen aan de wens van de raad om de jaarrekening in zijn geheel te behandelen in mei, teneinde de raad in staat te stellen deze gegevens mee te nemen bij de afwegingen over de Kadernota.

  7. 2.d

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Ad Roest


    Toelichting:
    De raad wordt voorgesteld om de Financiële Rapportage (FinRap) 2020 vast te stellen.
    Vraag is of de raad kan instemmen met de begrotingswijzigingen en de wijzingen in de reserves en voorzieningen. Als de raad instemt met het voorstel, worden er daarnaast middelen gereserveerd voor mogelijke risico’s die verband houden met een aantal projecten en activiteiten. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de Barge Terminal en het project Veilig Thuis. Verder wordt er een prognose afgegeven van het resultaat einde jaar.
    Voor een goed overzicht van de begrotingswijzingen: zie ook bijlage I en II.


    Wat ligt voor?
    Bij behandeling van de begroting is een eerste impactanalyse opgesteld van de coronacrisis. In deze FinRap vindt u een actualisatie van de effecten van de coronacrisis. Dat geeft u dus een betere doorkijk op de ontwikkelingen en de verwachte financiële consequenties.
    Het is nog niet helemaal zeker of uiteindelijk alle coronakosten inderdaad door het rijk zullen worden gecompenseerd. Het nog niet gecompenseerde deel bedraagt op dit moment
    € 3.115.000,-. Het overleg hierover tussen de VNG en het rijk vindt nog steeds plaats.
    In de rapportage die nu voorligt, is alleen rekening gehouden met de daadwerkelijk ontvangen compensatie. Voor meer informatie zie de Covid-19 paragraaf op pagina 10.


    Positief resultaat verwacht
    De plussen en minnen in deze rapportage zijn voor een belangrijk deel te herleiden naar de coronacrisis. Zie daarvoor de tabel geprognosticeerd resultaat per thema op pagina 7 en de tabel inkomstenderving op pagina 13.
     Ondanks de crisis wordt in de jaarrekening 2020 een positief resultaat verwacht van
    € 6.191.000,-. Dat is vooral te danken aan hogere inkomsten uit het gemeentefonds, in totaal € 15.900.000*(1)*, en de hogere BUIG-uitkering die we van het rijk hebben ontvangen van
    € 1.526.000,-, ontwikkelingen die op de voet worden gevolgd.
    Waarbij moet worden opgemerkt dat Venlo daarnaast nog steeds volledig kan beschikken over de coronareserve van € 2.000.000,- die in 2020 door de gemeenteraad is ingesteld, mocht het Rijk bepaalde coronakosten minder compenseren. Deze bestemmingsreserve schuift daarmee door naar 2021 en blijft volgend jaar dus ook voor dit doel beschikbaar.


    Kortom: het resultaat einde jaar is daarmee een aanzienlijke verbetering ten opzichte van de voortgangsrapportage van mei, waarin nog sprake was van een voordeel van € 35.000,-.
    Let wel: het gaat hier nog steeds om een prognose is opgesteld op basis van de cijfers per 31 augustus. Pas bij jaarrekening hebben we het daadwerkelijke resultaat pas echt in beeld.


    (1) De uitkeringen uit het gemeentefonds stijgen naar verwachting over 2020 met € 15.900.000 tot een bedrag van € 260.400.000. Deze stijging bestaat uit drie delen: de prognose VoRap 2020, coronagerelateerde toename van het gemeentefonds en de jaarschijf 2020 uit de mei- en septembercirculaire.


    Zie tabel ‘Geprognosticeerd resultaat einde jaar 2020’ op pagina 5 van bijlage 1.


    < b>Nieuwe plannen< /b>
    Wat zijn de plannen voor het positieve resultaat?
    Het college wil graag het verwachte positieve resultaat reserveren als bijdrage aan de regionale investeringsagenda en de regiodeal en als bijdrage aan fase 2 van de Kaldenkerkerweg in Tegelen. Het gaat hier om de geluidsschermen bij de Zuiderbrug.
    Een definitief voorstel wordt de raad voorgelegd tijdens de behandeling van de jaarrekening, bij vaststelling van het eindresultaat.


    Uitvoering
    In de FinRap vindt u verder nog een toelichting op de lopende investeringen en de uitvoering van het beleid. Ondanks corona konden de meeste geplande activiteiten gewoon doorgaan, naast de extra inspanningen rondom corona die door de organisatie zijn geleverd op het gebied van gezondheid, veiligheid, economie en financiële sturing.


    In de FinRap vindt u een toelichting op de uitvoering van beleid per programma.
    Enige achterstand zien we bij een aantal fysieke projecten (projecten worden over het jaar heen geboekt), bij de onderwijsinvesteringen (deze worden niet door de gemeente maar door het basisonderwijs zelf gedaan), en binnen de programma’s Leefbaar Venlo, Duurzame en circulaire hoofdstad en Grenzeloos Venlo. Zo was het maar beperkt mogelijk om bijeenkomsten te organiseren over energievouchers, kleine initiatieven of contacten met onze buurgemeenten in Duitsland en zijn er van twaalf geplande twaalf integrale handhavingscontroles er maar vier uitgevoerd. Binnen het sociaal domein zien we vertraging bij de aanbesteding van de vrouwenopvang (voor een overzicht zie bijlage II en IV).

  8. 2.e

    Sessievoorzitter: Harro Schroeder
    Portefeuillehouder: wethouder Erwin Boom


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt te besluiten:

    1. De tegen het ontwerp-bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Vierpaardjes
       ingediende zienswijzen overeenkomstig de nota van zienswijzen grotendeels niet over te
      nemen en deels wel over te nemen;
    2. het bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Vierpaardjes met
             planidentificatienummer NL.IMRO.0983.BP202003VIERPAARDJ-VA01, met
             bijbehorende bijlagen, zowel analoog als digitaal, waarbij gebruik is gemaakt van de
             BGT d.d. 11 maart 2020, met inachtneming van de bijgevoegde nota van wijzigingen en
      met toepassing van de Crisis- en herstelwet en het Besluit uitvoering Crisis- en
      herstelwet gewijzigd vast te stellen.

    Bestemmingsplan: juridisch-planologische borging van de spooronderdoorgang.
    De gemeente Venlo wenst een spoorwegonderdoorgang te realiseren ter plaatse
    van de huidige gelijkvloerse spoorwegovergang Vierpaardjes. Deze spoorwegovergang
    maakt deel uit van de hoofdwegenstructuur van de gemeente en heeft een belangrijke rol in de tweezijdige ontsluiting van de stad.
    In 2019 is besloten de plan-uitwerkingsfase van het project ‘Vierpaardjes’ te starten. Tot de plan-uitwerkingsfase behoren onder andere het verwerven van de gronden (vastgoed) die nodig zijn om de onderdoorgang te kunnen realiseren, het uitwerken van het (technisch) ontwerp, de inpassing ervan in de omgeving en het zorgen voor de juridisch-planologische borging van de spooronderdoorgang.
    Deze juridisch-planologische borging ligt nu voor in dit raadsvoorstel.


    Het realiseren van de onderdoorgang Vierpaardjes is een van de veiligheidsmaatregelen die moeten worden getroffen in het kader van de elektrificatie van de Maaslijn (provinciaal belang).
    Het lokale belang is met name gelegen in het veiliger maken van de huidige overwegontsluiting voor alle verkeersstromen. Daarnaast zorgt het realiseren van een tweede ongelijkvloerse verbinding met het spoor (de eerste is de Roermondsepoort) voor een betrouwbare bereikbaarheid van grote delen van de stad. Dit laatste is vanzelfsprekend met name van belang voor de nood- en hulpdiensten.


    Het voorliggend bestemmingsplan biedt het juridisch-planologisch kader voor de ontwikkeling van deze spoorwegonderdoorgang. Met de onderdoorgang wordt bedoeld de eigenlijke onderdoorgang, de aansluiting op het bestaande wegennet en de bijbehorende aangrenzende gronden.


    Ingediende zienswijzen
    Het ontwerp-bestemmingsplan voor de spoorwegonderdoorgang heeft vanaf 4 juni 2020 tot en met 15 juli 2020 voor iedereen ter inzage gelegen. Er zijn 14 zienswijzen ingediend, afkomstig van een aantal bewoners uit Venlo-Zuid en een onderneming die aangrenzend aan het plangebied is gevestigd. Met de omwonenden heeft de afgelopen periode structureel overleg over de plannen plaatsgevonden in de vorm van een klankbordgroep. In de klankbordgroep zijn omwonenden middels een afvaardiging van enkele personen vertegenwoordigd. Zaken die in de zienswijzen naar voren worden gebracht zijn veelal ook al in de klankbordgroep ter sprake gekomen.
    De omwonenden vinden in algemene zin dat onvoldoende aandacht bestaat voor de leefbaarheid en milieukwaliteit voor direct omwonenden ofwel de fysieke leefomgeving in brede zin. Uit de omgevingsonderzoeken komen geen argumenten naar boven om aan te nemen dat het plan leidt tot een onacceptabele achteruitgang van het woon- en leefklimaat in en rondom het plangebied. In veel situaties is zelfs sprake van een vooruitgang van de milieukwaliteit.
    Desalniettemin is het bestemmingsplan naar aanleiding van zienswijzen op enkele onderdelen bijgesteld om aan wensen van omwonenden tegemoet te komen.
    Het betreft voornamelijk een aanscherping van de planregeling met het oog op behoud van bestaand groen en geluidswering (Guliksebaan respectievelijk Van Bommelstraat).
    Om te komen tot een verdere optimalisatie van de onderdoorgang en op vragen van de klankbordgroep is een aanvullende verkeerskundige studie uitgevoerd naar een verbeterde technische inpassing met behoud van woon- en leefklimaat. Uit deze studie is naar voren gekomen dat het toepassen van een t-splitsing invulling geeft aan de gestelde vragen. Hiermee ontstaat een kans op zowel financieel vlak als op het verbeteren van woon- en leefklimaat.
    Samen met de klankbordgroep zal bij de verdere planuitwerking nadere invulling worden gegeven aan een optimalisatie van het groen binnen het plangebied.


    Financieel
    Voor de realisatie van de onderdoorgang Vierpaardjes is een krediet beschikbaar van € 45 miljoen. Voor zover nog enkele aanpassingen in het bestemmingsplan en de planvorming financiële gevolgen kunnen hebben, passen deze binnen de financiële kaders.

  9. 3
    19.15 - 19.20 uur DOMEIN 2: Leefbaar Venlo
  10. 3.a

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Sjors Peeters


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt:

    1. het bestemmingsplan Woningbouw Burgemeester Houbenstraat 44 Venlo vast te stellen;
    2. voor het plangebied van het bestemmingsplan Woningbouw Burgemeester
             Houbenstraat 44 Venlo geen exploitatieplan vast te stellen;
      3. het grondexploitatiecomplex Burgemeester Houbenstraat vast te stellen met het oog op
       de planontwikkeling van de locatie aan de Burgemeester Houbenstraat;
    3. een krediet van € 463.000 beschikbaar te stellen en dit te dekken uit de opbrengsten
       van de grondverkoop.

    In het voorjaar van 2019 zijn een aantal binnenstedelijke locaties in beeld gebracht die in aanmerking kunnen komen voor verkoop. Voor één van de locaties hebben een aantal bewoners concrete belangstelling en initiatief getoond voor de bouw van enkele zelfbouwwoningen in collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO). Het gaat om de locatie van de voormalige Montessorischool aan de Burg. Houbenstraat in Venlo-Oost.


    Het planvoornemen bestaat uit het realiseren van een zestal grondgebonden, levensloop-bestendige woningen. De nieuw te bouwen woningen passen functioneel in de omgeving, omdat rondom het plangebied al woningen aanwezig zijn en het plangebied is gelegen binnen een bestaand woongebied in het stadsdeel Venlo-Oost.
    Inmiddels zijn met zes particulieren koopovereenkomsten gesloten voor de bouw van zes grondgebonden woningen. Het kostenverhaal als ook de locatie-eisen zijn door eigen gronduitgifte van de gemeente anderszins verzekerd.


    De locatie heeft momenteel de bestemmingen ‘Maatschappelijk’ en ‘Groen’. De bestemming ‘Maatschappelijk’ dient nu te worden gewijzigd in ‘Wonen’.


    Er zijn geen zienswijzen ingediend tegen dit voorstel, zodat tot vaststelling van het bestemmingsplan kan worden overgegaan.


    Het gevraagde krediet wordt gedekt uit de geraamde verkoopopbrengsten ad € 507.760.

  11. 4
    19.20 - 20.10 uur DOMEIN 3: Gezond & Actief Venlo
  12. 4.a

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Alexander Vervoort


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt vast te stellen, de Verordening beslistermijn schuldhulpverlening gemeente Venlo 2021.


    Op 1 januari 2021 treedt de Wijziging Wet gemeentelijke schulpverlening in werking. De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening verplicht gemeenten om een bij verordening te bepalen termijn op te nemen waarbinnen de gemeente na het eerste gesprek over de hulpvraag moet besluiten of iemand voor schuldhulpverlening in aanmerking komt. Deze verordening ligt nu ter besluitvorming voor aan uw raad. In de verordening is een beslistermijn opgenomen van 8 weken, zodat de klantadviseurs schuldhulpverlening voor alle hulpvragers voldoende tijd hebben om maatwerk te bieden.


    De Wet gemeentelijke schuldhulpverlening regelt dat inwoners met problematische schulden bij gemeenten terecht kunnen voor onder meer advies, schuldbemiddeling of een saneringskrediet. Het uitgangspunt is dat schuldhulpverlening breed toegankelijk is. Daarbij is van belang dat het voor de inwoner duidelijk is binnen welke termijn na het eerste gesprek over de hulpvraag wordt besloten of diegene voor een schuldenregeling in aanmerking komt.
    In de praktijk blijkt dat de klantadviseurs in de meeste situaties binnen 6 weken tot een individueel plan van aanpak kunnen komen. Er zijn echter uitzonderingen, waarbij wat meer tijd nodig is om kwalitatief maatwerk te leveren. Vandaar dat gekozen is voor een beslistermijn van maximaal 8 weken.


    De concept verordening is voorgelegd aan de Adviesraad sociaal domein. De Adviesraad stemt in met deze verordening.


    Noot: de Verordening beslistermijn schuldhulpverlening gemeente Venlo 2021 zal worden betrokken in de evaluatie van het huidige beleidsplan “Actief uit armoede en schulden – Integrale aanpak 2019-2022”.

  13. 4.b

    Sessievoorzitter: Gerrit Schuurs
    Portefeuillehouder: wethouder Frans Schatorjé


    Toelichting:
    Voorgesteld wordt, de Verordening jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning Venlo 2015 te wijzigen. Met deze wijziging van de Verordening worden bepalingen ten aanzien van de eigen bijdrage Beschermd Wonen intramuraal (wonend in een instelling voor Beschermd Wonen), slachtoffers huiselijk geweld (voorheen vrouwenopvang) en vordering van kosten bij pgb’s en maatwerkvoorzieningen in lijn gebracht met de wettelijke grondslag. Een aanpassing van het maximale pgb tarief voor het sociaal netwerk en het percentage voor ZZP-ers bij pgb’s (Wmo exclusief Beschermd Wonen en Beschermd Thuis), in lijn met andere (regio)gemeenten.


    De wijzigingen betreffen:

    1. het door een wettelijke bepaling, niet kunnen vrijstellen van cliënten Beschermd Wonen die in een instelling verblijven van het betalen van een eigen bijdrage bij GGZ problematiek;
    2. het laten vervallen van de bepaling die gaat over het bedrag van de eigen bijdrage voor vrouwenopvang (artikel 9, lid 2 sub f);
    3. het aanpassen van de formulering van artikel 9, lid 2 sub d. ter verduidelijking van het artikel;
    4. het splitsen van artikel 11, lid 1 om het verschil in het vorderen van kosten in de Jeugdwet en Wmo 2015 te verhelderen, in het geval dat een pgb en/of maatwerkvoorziening ten onterechte is ontvangen;
    5. het aanpassen van het pgb tarief voor sociaal netwerk Wmo van maximaal € 20 naar maximaal € 15 per uur;
    6. het aanpassen van het pgb tarief voor ZZP-ers van 90% naar 80% van de gecontracteerde inkoopprijs bij pgb’s voor maatschappelijke ondersteuning.

    Voor een uitvoerige toelichting op de voorgestelde wijzigingen van de verordening verwijzen wij u naar pagina’s 3 t/m 6 van het raadsvoorstel.


    De Adviesraad Sociaal Domein is om advies gevraagd. De Adviesraad heeft geen bezwaar over de aanpassingen van de hiervoor vermelde punten 1 t/m 4.
    De Adviesraad heeft een andere mening dan het college over de punten 5 en 6. Dit gaat over de aanpassing van de pgb tarieven voor het sociaal netwerk en ZZP-ers, bij Wmo diensten (met uitzondering van Beschermd Wonen en Beschermd Thuis). De dviesraad heeft daarom een negatief advies gegeven op dit onderdeel in het raadsvoorstel (zie bijlage 1). De Adviesraad vindt de tariefverlaging een ontmoediging voor inwoners, om van een pgb gebruik te maken (zie het tweede punt in de brief van de Adviesraad Sociaal Domein).


     De reactie en uitleg van het college hierop vindt u in de antwoordbrief (bijlage 2).


    De wijzigingen van de Verordening zullen leiden tot minder kosten door het verlagen van het maximale pgb tarief voor het sociaal netwerk en minder kosten door het bijstellen van het percentage voor ZZP-ers.