Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Oordeelsvormende raadsvergadering

woensdag 10 juni 2015

19:00 - 00:00
Locatie

Stadhuis Raadszaal

Agendapunten

  1. 1.P

    Toelichting
    Bij deze oordeelsvorming gaat de raad het gesprek aan over drie belangrijke thema’s uit de Horecanota: sluitingstijden, terrassen en paracommercie. Deze thema’s zijn met belanghebbende partijen uitgekozen. Bedoeling van dit oriënterend debat is om te komen tot richtinggevende uitspraken, die verwerkt kunnen worden in de nieuwe horecanota, die na de zomer wordt voorgelegd aan de raad.

    Waarom ?
    De huidige nota is vastgesteld in 2007 en op onderdelen verouderd. Door de herindeling in 2010, veranderende economie en demografische ontwikkeling hebben ondernemers behoefte aan een nieuw kader en nieuwe spelregels. Via een enquête, uitgezet onder alle horecavergunninghouders en enkele bijeenkomsten is helderheid verkregen op welke thema’s aanpassing gewenst is. Dat zijn de thema’s sluitingstijden, terrassen en paracommercie. Ten aanzien van deze drie thema’s spelen verschillende belangen waar in de afweging rekening mee gehouden dient te worden. Zo kan meer ruimte voor de ondernemer leiden tot meer druk op gemeenschapshuizen en sportkantines en andersom. Verruiming van sluitingstijden kan interessant zijn voor ondernemers, maar ook zorgen voor meer overlast en kosten. De belangen van de verschillende groepen zoals ondernemers, para-commerciële instellingen, inwoners, bezoekers en de overheid zijn in de raadsnotitie uitgebreid beschreven en in kaart gezet.

    Wat ligt voor?
    De raad wordt nu gevraagd te reageren op een aantal mogelijke scenario’s die per thema zijn uitgewerkt. Door een keuze te maken uit de scenario’s geeft de raad een eerste richting die vervolgens uitgewerkt kan worden in een concept horeca nota. Wat is de keuze en waarom:

    I. Sluitings- en schenktijden
    1. Huidige sluitingstijden behouden of beperkt verruimen
    2. Sluitingstijden geheel vrij laten of verruimen tot 6.00 uur
    3. Een aantal vrijstellingen beschikbaar stellen per jaar

    II. Terrassen
    1. Huidige beleid en regels handhaven, beperkt verruimen
    2. Ondernemers zelf voorstel laten leveren voor straatbeeld
    3. Specifieke kaders per gebied opnemen

    III. Para-commercie
    1. De huidige omschrijving en mogelijkheden blijven gehandhaafd
    2. De huidige mogelijkheden voor paracommercie worden beperkt
    3. De mogelijkheden voor paracommercie worden verruimd
    4. De paracommercie wordt onderverdeeld naar typering en gebied

  2. 2.P

    Toelichting
    De raad wordt voorgesteld om de jaarstukken 2014 vast te stellen en de bijgestelde begroting 2015 en begroting 2016 van de Gemeenschappelijke regeling (Gr) Maasveren Limburg-Noord. Dit heeft geen financiële consequenties voor de deelnemende gemeenten.
    De reserve groeit de komende jaren en dus zijn er geen kosten voor de gemeenten te verwachten. De kosten en investeringen worden gedekt binnen de exploitatie van de Maasveren.

    Wat ligt voor?
    De GR Maasveren Limburg-Noordis gericht op het in standhouden van de veerverbindingen, dit met het oog op de ontsluitingsmogelijkheden over de Maas en de recreatieve verbindingen en voor landbouwvoertuigen Sinds 1 januari 2013 valt de exploitatie van de Maasveren, onder de vlag van de (Gr)Maasveren Limburg-Noord.
    De Gr Maasveren sluit het jaar af met een positief resultaat van € 151.955. Dat is € 10.545 minder als begroot. Dat is vanwege de hogere uitvoeringskosten van € 32.064.
    In de praktijk blijkt dat de geraamde kosten van € 20.000 per jaar voor vervanging van de veren onvoldoende is. Voorgesteld wordt de begroting 2015 e.v. hierop te wijzigen met een verhoging van € 30.000 naar € 50.000. Dat geldt ook voor de jaren 2016, 2018, 2020 en 2022. In de tussenliggende jaren én vanaf 2023, kan de begroting op het onderdeel ‘Onderhoud veerstoepen’ worden teruggebracht tot € 5.000 (incidenteel), resp. € 10.000 (structureel). Als gevolg van de lagere kapitaalslasten voor 2015 (a.g.v. de aangepaste rekenrente en lagere investering van het veer Kessel-Beesel), kan de stijging van de begroting 2015 worden beperkt tot € 5.381. Daarmee is ook rekening gehouden met verhoging van de advieskosten voor het opdrachtgeverschap.

  3. 3.p

    Toelichting
    De raad wordt voorgesteld om de egalisatiereserve afvalstoffenheffing af te bouwen van € 4,5 miljoen naar € 1,0 miljoen in 2019. Verder wordt voorgesteld om akkoord te gaan met teruggave van € 3,5 miljoen aan de burgers door dit bedrag te verrekenen met de afvalstoffenheffing in de jaren 2016, 2017 en 2018 (scenario 1). Het jaarlijks terug te betalen bedrag bedraagt € 25 euro per aansluiting. De reserve heeft als doel de tarieven te egaliseren en de eerste klap van tegenvallers op te vangen om zo grote schommelingen in het tarief te voorkomen. Een korte toelichting.

    Door de goede resultaten van de afvalscheiding en een aantal goede aanbestedingen is er een aanzienlijke reserve is opgebouwd, ongeveer € 4,5 miljoen euro in maart 2015. Wettelijk geldt dat de afvalstoffenheffing niet meer dan 100% kostendekkend mag zijn. Dat overschot wordt nu terug gebracht tot een aanvaardbaar bedrag van 1 miljoen euro. Boodschap voor de burgers daarbij is dat het ingezette afvalbeleid tot het gewenste, en toezegde, resultaat heeft geleid: met andere woorden afval scheiden loont.

    Dit raadsvoorstel is uitgewerkt naar aanleiding van de vaststelling van een amendement dat is vastgesteld door de raad bij de behandeling van het MateriaalBeleidsPlan 2015-2020 (RV 2015-5).

  4. 4.p

    Toelichting
    De raad wordt voorgesteld om de planregeling van het bestemmingsplan “Trefcenter” aan te passen voor de bestemming van perceel Straelseweg 309 in Venlo. Dit naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Een korte toelichting.

    Tegen de vaststelling van het bestemmingsplan “Trefcenter” is door drie appellanten beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Deze beroepen zijn behandeld en door de Afdeling is op 18 februari 2015 uitspraak gedaan:

    1. Het beroep van Breevast BV, Breevast Invest BV, De Veegtes I BV en Woonboulevard Venlo BV, over de beperking van de “Detailhandel – Perifere detailhandel”, is niet-ontvankelijk verklaard.
    2. Het beroep van De Veegtes IV en Hypermarkten Holland BV, over de beperking van de “Detailhandel – Perifere detailhandel” is ongegrond verklaard.
    3. Het beroep van mevrouw I. Lefering-Kuiper is gegrond verklaard en het bestemmingsplan is vernietigd voor de bestemming van het perceel Straelseweg 309 in Venlo. Aan de woning van mevrouw is een persoonsgebonden overgangsrecht toegekend.
    Naar het oordeel van de Afdeling heeft de gemeenteraad onvoldoende inzichtelijk gemaakt of de planologische mogelijkheden van de toekenning van een positieve bestemming of de opname van een uitsterfregeling voor deze locatie zijn onderzocht en in hoeverre daarbij de belangen van mevrouw Lefering zijn betrokken. De Raad van State heeft de raad opgedragen om een nieuw besluit te nemen voor het vernietigde onderdeel van het bestemmingsplan. Met dit voorstel wordt daaraan voldaan.

  5. 5.p

    Toelichting
    Voorgesteld wordt om het bestemmingsplan Klaver 6a vast te stellen. Het plangebied is grotendeels gelegen in de gemeente Horst aan de Maas en voor een beperkt gedeelte in Venlo. Een exploitatieplan is niet nodig, omdat het kostenverhaal en de voor dit plan relevante locatie-eisen zijn verzekerd (namelijk via een anterieure overeenkomst). Het ontwerpbestemmingsplan heeft 6 weken ter inzage gelegen. Op het ontwerpplan zijn in Venlo geen zienswijzen ingediend, in Horst aan de Maas zijn 2 zienswijzen ingediend. Deze zienswijzen geven slechts aanleiding tot een geringe aanpassing van de toelichting van het bestemmingsplan.

    Het bestemmingsplan is opgesteld door DCGV, gebiedsontwikkelaar van Klavertje 4.
    Klaver 6a is de ontwikkeling van een bedrijventerrein, specifiek bedoeld voor bestaande bedrijven van het aangrenzende bedrijventerrein Trade Port West. Met de ontwikkeling van Klaver 6a voor bedrijvigheid wordt het totale complex aan bedrijventerreinen ten zuiden van de spoorlijn Eindhoven-Venlo en ten oosten van de Greenportlane ruimtelijk-stedenbouwkundig afgerond en ontstaat een aaneengesloten areaal aan bedrijfsterrein.
    Het bestemmingsplan Klaver 6a voor het grondgebied van Horst aan de Maas wordt gelijktijdig ter vaststelling aan de gemeenteraad van Horst aan de Maas voorgelegd.

  6. 6.p

    Toelichting
    Bedrijven in de logistieke sector hebben, mede door de economische omstandigheden, grote behoefte aan bundeling en optimalisatie van decentrale bedrijfslocaties op één centrale gunstig gelegen locatie (op een logistieke 'hotspot') van waaruit alle activiteiten ontplooid worden. Deze ontwikkeling gaat gepaard met een enorme schaalvergroting. Er bestaat behoefte aan (zeer) grote efficiënt indeelbare logistieke kavels.
    Het vigerende bestemmingsplan Trade Port Noord voorziet niet of onvoldoende in deze ontwikkeling van schaalvergroting.
    Deze geschetste ontwikkeling heeft al concreet gestalte gekregen door een aanvrage (groep Heylen) voor een omgevingsvergunning voor de vestiging van een logistiek distributiecentrum in het oostelijk deel van Klaver 1 inclusief een uitbreiding van het bedrijventerrein, alsmede voor een aanvrage (Michael Kors) voor een omgevingsvergunning voor een distributiecentrum in het westelijk deel van Klaver 1.
    Voor Klaver 1 Oost (Heylen) is het bestemmingsplan Trade Port Noord Klaver 1 Oost reeds op 29 april 2015 door de raad vastgesteld.

    Om aan de ontwikkeling van schaalvergroting te kunnen voldoen en om de concrete vestiging van Michael Kors te faciliteren is ook voor deze locatie een aanpassing van het bestemmingsplan noodzakelijk. Hiervoor is het bestemmingsplan Trade Port Noord Klaver 1 West opgesteld. Het bestemmingsplan is flexibel opgesteld, waarbij de strakke begrenzingen van de bestemmingsvlakken Bedrijventerrein, Verkeer en Groen zijn losgelaten.

    Het ontwerpbestemmingsplan heeft van 11 december 2014 tot en met 21 januari 2015 ter inzage gelegen. Er zijn 3 zienswijzen ingediend. De zienswijzen zijn samengevat weergegeven, beoordeeld en voorzien van de gemeentelijke reactie in bijgaande nota van zienswijzen. De zienswijzen geven in beperkte mate aanleiding tot aanpassingen van het bestemmingsplan.
    Het betreft op hoofdlijnen de volgende aanpassingen:
    - Beperkt kwetsbare objecten binnen de veiligheidszone brandstofleiding RRP zijn alleen mogelijk via een afwijkingsregeling.
    - In de planregels wordt opgenomen dat opslag van grond en goederen binnen de veiligheidszone brandstofleiding RRP is toegestaan na instemming van de leidingbeheerder.
    - Aanpassing van de toelichting, waar nodig, voor wat betreft de exacte maten van de veiligheidszone brandstofleiding RRP.
    - Geringe uitbreiding aan de oostzijde van het plangebied t.b.v. de dassenroute. Het betreffende perceelsgedeelte wordt bestemd tot Natuur.

    De aanpassingen zijn opgenomen in bijgaande nota van wijzigingen.

    Daarnaast zijn er nog enkele ondergeschikte (ambtshalve) aanpassingen doorgevoerd in het plan. Alle aanpassingen zijn verwerkt in bijgaande nota van wijzigingen.

    Aan uw Raad wordt nu voorgesteld om in te stemmen met de nota van zienswijzen en de nota van wijzigingen en om het bestemmingsplan Trade Port Noord Klaver 1 West gewijzigd vast te stellen.
    Omdat

  7. 7.p

    Toelichting
    De ontwikkelingen in de vraag naar bedrijventerrein hebben ertoe geleid dat voor het resterende gedeelte van klaver 1 een nieuw bestemmingsplan nodig is. Met dit bestemmingsplan, getiteld bestemmingsplan Trade Port Noord klaver 1 West, worden de volgende doelen beoogd:
    a. het mogelijk maken van de realisatie van efficiënte kavels aan de westzijde van het bestaande klaver 1;
    b. flexibiliteit van de invulling van de verkeersstructuur binnen het deelgebied van klaver 1 West;
    c. flexibiliteit van de invulling van de bedrijfsbestemming.

    De voorgenomen vaststelling van het bestemmingsplan Trade Port Noord klaver 1 West heeft tot gevolg dat, voor zover het gaat om de gronden die op dit moment in het bestemmingsplan Trade Port Noord zijn begrepen, het eerstgenoemde bestemmingsplan in de plaats treedt van het bestemmingsplan Trade Port Noord.
    Met het sluiten van de Samenwerkingsovereenkomst toepassing Grondexploitatiewet gebied TPN en de Aanvullende overeenkomst Grondexploitatiewet TPN is het kostenverhaal voor de in het onderhavige bestemmingsplan begrepen gronden waarop bouwplannen kunnen worden ontwikkeld anderszins verzekerd en is een gestructureerde ontwikkeling van de locatie voor de gemeente voldoende verzekerd.

    Een en ander leidt ertoe dat, gelijktijdig met het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan Trade Port Noord klaver 1 West, de raad wordt voorgesteld te besluiten om voor het onderhavige plangebied geen exploitatieplan vast te stellen. De vaststelling van het bestemmingsplan Trade Port Noord klaver 1 West in samenhang met het besluit tot het niet-vaststellen van een exploitatieplan voor laatstgenoemd plangebied, heeft tot gevolg dat het bestaande exploitatieplan Trade Port Noord dient te worden herzien. De omvang van het exploitatieplangebied Trade Port Noord zal verder moeten worden verkleind, in die zin dat de gronden die worden opgenomen in het bestemmingsplan Trade Port Noord klaver 1 West, niet langer in het exploitatieplan Trade Port Noord worden opgenomen. Een en ander heeft gevolgen voor de van het exploitatieplan onderdeel uitmakende exploitatieopzet en voor een aantal in het exploitatieplan opgenomen regels over locatie-eisen. In het voorliggende ontwerpbesluit tot 4e herziening van het exploitatieplan Trade Port Noord wordt hieraan invulling gegeven.

    Het ontwerpbesluit tot 4e herziening van het exploitatieplan heeft van 11 december t/m 21 januari ter inzage gelegen. Er is 1 zienswijze ingediend. De ingediende zienswijze heeft niet tot gewijzigde inzichten geleid ten aanzien van het te nemen besluit, voorgesteld wordt de zienswijze ongegrond te verklaren en het voorliggende exploitatieplan met bijlagen vast te stellen.

    Bijlagen

  8. 8.p

    Toelichting
    Vier jaar geleden kwam de nota ‘Kansen voor Cultuur!; cultuurbeleid gemeente Venlo 2011-2014’ tot stand. In ‘Kansen voor Cultuur!’ hebben we aangegeven elke vier jaar het beleid te willen herijken en op basis daarvan meerjarige afspraken te maken met het culturele veld over de uitvoering van het beleid. De behoefte aan een actualisering van het cultuurbeleid is ook door uw raad en het culturele veld onderstreept. De cultuurnota is tot stand gekomen als resultaat van gesprekken met de professionele culturele instellingen in Venlo.
    Het college denkt met de cultuurnota een helder en ambitieus beleidskader te hebben geschetst voor de komende jaren, waarin we samen met de culturele instellingen in Venlo gaan werken aan concrete doelen die het culturele klimaat in onze gemeente versterken.

    Met de cultuurnota “Focus, samenhang en samenwerking; herijking cultuurbeleid gemeente Venlo 2015-2018 wordt een helder en ambitieus beleidskader geschetst dat het culturele klimaat de komende jaren versterkt en waarbij doelen uit het coalitieprogramma, de Sociale Structuurvisie en de Ruimtelijke Structuurvisie gediend worden. De nota is opgebouwd uit drie delen:
    • In Deel I van de nota wordt ingegaan op de uitgangssituatie, met een analyse van de uitvoering van ‘Kansen voor Cultuur!’ en een schets van relevante actuele beleidsontwikkelingen zoals het Coalitieprogramma Venlo 2014-2018, de Sociale Structuurvisie en provinciaal beleid. Het college baseert zich daarbij ook op de uitkomsten van het Uitvoeringsprogramma Cultuur dat uw raad middels RIB 41 is toegezonden.
    • In Deel II wordt het cultuurbeleid voor de komende jaren geschetst, met als inzet om te komen tot meer focus, samenhang en samenwerking in het culturele veld.Het college presenteert een gezamenlijke beleidsagenda cultuur waaraan gemeente en instellingen de komende jaren kunnen werken aan vijf speerpunten:
    o Horizontale programmering (gezamenlijke themaprogrammering);
    o Cultuureducatie (basis)onderwijs;
    o Cultuur in de Wijk;
    o Regionalisering;
    o Collectieve promotie & marketing.
    Ook stelt het college een nieuwe vorm van samenwerking voor in een Cultuur Platform Venlo en wordt voorgesteld om een Cultuurfonds Venlo in te stellen, waarin instellingen, gemeente en private partijen middelen bijeen brengen om de uitvoering van projecten en programma’s van de gezamenlijke beleidsagenda cultuur te kunnen bekostigen.
    • Deel III beschrijft de herziening van het subsidiekader
    met meerjarige budget-prestatieafspraken met de basisinstellingen en de meerjarenvoorzieningen.
    De ambities uit “Kansen voor Cultuur” werden kort na de vaststelling sterk beïnvloed door de forse bezuinigingen waartoe onze gemeente moest besluiten. De culturele instellingen in Venlo hebben na de forse bezuinigingen nu weer een zeker evenwicht bereikt en voelen de behoefte om meer gezamenlijk naar de toekomst te kijken. Ze hebben aangegeven geen behoefte te hebben aan een br

  9. 9.rz

    Toelichting
    Op verzoek van de raad heeft de rekenkamercommissie onderzoek gedaan naar de sturing en beheersing van Villa Flora en de informatieverstrekking aan de raad over Villa Flora.
    Het onderzoek dat nu voorligt, is gericht op de huidige inhoudelijke stand van zaken, het toekomstperspectief, kwantificeren van de financiële positie, en de daarbij behorende risico’s van de verdere exploitatie van Villa Flora voor de gemeente Venlo in de periode van 2009 tot medio 2014. De raad wordt verzocht om de conclusies en aanbevelingen zoals verwoord in het onderzoeksrapport Villa Flora d.d. 26 mei 2015 te onderschrijven en over te nemen.
    Het onderzoek is verricht aan de hand van drie hoofdvragen en vanuit het perspectief van de kaderstellende en controlerende rol van de raad:

    1. Welke doelstelling werd met het project Villa Flora beoogd? In hoeverre zijn deze gerealiseerd en zo nee, welke besluiten zijn genomen om deze alsnog te realiseren?
    Doelstelling van de Villa Flora was het realiseren van een iconisch en duurzaam gebouw voor de Wereldtuinbouwtentoonstelling Floriade 2012. De huidige organisatie opzet en ook het gebouw Villa Flora komt grotendeels overeen met wat men in 2009 voor ogen had. Qua financiële uitgangspunten moet worden geconstateerd dat de ondergrens van de business case waarvan sinds oktober 2010 wordt uitgegaan, is bereikt. Eerdere haalbaarheidsonderzoeken voorspelden een hoger verlies bij de exploitatie, de daarbij genoemde ondergrens was een verlies van circa € 4,0 miljoen. De verliezen zijn nog niet tot een dergelijk niveau opgelopen. Op het moment dat de leegstand van het gebouw op een vergelijkbaar niveau blijft, of slechts beperkt wordt verminderd, zullen operationele verliezen blijven bestaan en is de te verwachten verkoopopbrengst minder. Tot welk niveau de verliezen kunnen oplopen, is niet bekend. Op enig moment zal aanspraak kunnen worden gedaan op de door de participanten verstrekte garanties. De gemeente Venlo heeft een aanvullende financiering moeten verstrekken om de liquiditeit van Villa Flora B.V. op peil te houden. Indien de verliezen blijven aanhouden kan een nieuw liquiditeitsprobleem actueel worden. Deze aanvullende financieringsbehoefte was niet in de uitgangspunten voorzien.
    2. Op welke wijze is er over Villa Flora gerapporteerd en hoe zijn de financiële gevolgen en risico’s verwerkt in de financiële stukken van de gemeente Venlo?
    Geconstateerd wordt dat de raad veelal achteraf geïnformeerd over de resultaten van Villa Flora B.V. Een strategische vooruitblik wordt hierbij niet gegeven waardoor de raad beperkte kaderstellende en controlerende mogelijkheden heeft. De resultaten van de Villa Flora B.V. worden correct verwerkt in de jaarrekening van de gemeente Venlo. Zo wordt in de jaarrekening 2012 melding gemaakt van het negatief eigen vermogen van Villa Flora B.V. en van de zorgen die de accountant uit over de continuïteit. Ook wordt in de paragraaf Weersta

  10. 10.rz

    Toelichting
    Ieder jaar controleert de accountant de jaarrekening. Dat doet hij in opdracht van de raad. Daarvoor gaat de raad met de accountant een contract aan dat in de regel vier jaar duurt, met een optie om het met twee keer één jaar te verlengen. Deloitte is de laatste jaren de huisaccountant van Venlo. Het lopend contract dateert van 2010 en is afgelopen jaar met een jaar verlengd vanwege de lopende verbeteroperaties m.b.t. de interne controle.

    De auditcommissie onderhoudt de contacten met de accountant en is verantwoordelijk voor de voorbereiding van de aanbesteding en voor het voorstel tot het aangaan of beëindigen van het accountantscontract. De auditcommissie stelt nu voor het lopende contract op te zeggen en de komende maanden een nieuwe (vanwege de grootte van het bedrag Europese) aanbesteding voor te bereiden. Dat betekent dat de raad in september het Programma van Eisen kan vaststellen en dat in februari 2016 tot gunning kan worden overgegaan.

  11. 11.rz

    Toelichting
    Voorgesteld wordt om de nieuwe Verordening rechtspositie raadsleden en wethouders gemeente Venlo vast te stellen en bekend te maken. Aanleiding voor deze algehele herziening is op de eerste plaats het Besluit harmonisering en modernisering rechtspositie decentrale politieke ambtsdragers dat op 1 juli 2014 in werking is getreden.
    In dit besluit is zoveel mogelijk verplichtend vastgesteld wat de voorwaarden zijn voor toekenning van vergoedingen, tegemoetkomingen of rechtspositionele voorzieningen aan de decentrale ambtsdragers. Hierdoor heeft het geen toegevoegde waarde meer om een bepaling in de lokale verordening op te nemen. Het gaat daarbij onder meer om de volgende onderwerpen: onkostenvergoedingen voor raadsleden en wethouders en tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering. Verdere wijzigingen betreffen de vergoeding van zakelijke reizen van wethouders met de eigen auto binnen de gemeente en het gebruik van de dienstauto en taxi.

    De voorliggende nieuwe (concept) verordening voor de raadsleden en wethouders is in overeenstemming met de Rechtspositiebesluiten wethouders en raads- en commissieleden en voldoet ook aan de verplichtingen ingevolge de Werkkostenregeling. De opzet van deze nieuwe verordening wijkt in grote mater af van de huidige verordening. Vandaar dat een algehele herziening wordt voorgesteld.